Tag archieven: zoogdier

Otters speuren

In 1988 ben ik geboren. In dit jaar stierf de visotter uit in Nederland, een zeer trieste situatie. Gelukkig is hij in 2002 weer geherintroduceerd. Sindsdien verspreidt de otter zich door Nederland. De meeste verblijven echter in Friesland en Overijssel. En laat ik daar nu juist voor mijn werk af en toe moeten zijn. Wanneer ik voor mijn werk ergens in die regio moet zijn houd ik dan ook het water scherp in de gaten. Je weet immers nooit. Maar eerlijk is eerlijk de kans om een otter te zien is erg klein. Het zijn ten eerste nachtdieren en ten tweede echter waterdieren. Om dan vanuit de auto of lopend er eentje tegen te komen is dan ook zeer onwaarschijnlijk.

Althans dat dacht. Mijn hart maakte echter een sprongetje toen ik in februari in de sneeuw ottersporen zag toen ik voor mijn werk in Giethoorn zat. Zou het me dan lukken om er ooit eentje in levende lijve te zien?

Bij de diverse projecten die volgden deed ik nog beter mijn best er eentje te zien. Aan het eind van ieder project liep ik steevast een rondje in een nabijgelegen natuurgebied. Maar behalve een prachtig scala aan watervogels, reeën en muskieten had ik weinig resultaat. Tot enkele weken terug. Ik nam plaats in een vogelkijkhut naast een oude baas die er zoals hij zelf aangaf al de hele dag gezeten had en nog niets had gezien. Er stond een gure wind en er waren flinke golven op het water. Na een kwartiertje turen door mijn camera zie ik opeens iets zwarts in de verte. De adrenaline schiet door mijn aderen. Een otter! Zo snel als hij zijn kop boven water stak zo snel is hij ook verdwenen. Met drie foto’s waarop toch echt duidelijk een otterkop staat ben ik zo blij als een kind. Jawel 26 oktober 2021 heb ik voor het eerst de visotter in het wild gezien.

Het ottervirus maakt zich van mij meester. De week erop heb ik gelukkig weer een project in die regio. Als ik die dinsdagmiddag in de hut zit is er niemand. Het waait wederom flink en het miezert zelfs iets. Op een enkele zwaan na is er op de plas niets te zien. Na een uur wortel schieten besluit ik een stuk te wandelen langs het veengebied. Behalve wat watervogels is helaas ook daar niets te zien. Opeens hoor ik in een watergang een hoop kabaal van opvliegende watervogels. Dit gedrag vertonen ze soms als er een otter in de buurt is. Ik maak een sprintje en zie nog net een otterkop de watergang over zwemmen. Zonder echt goede foto kom ik balend terug bij de vogelkijkhut.

Ik kijk weer uit over een verlaten waterplas. Maar dan opeens hoor ik een enorme plons onder de kijkhut! Terwijl mijn hart in mijn keel klopt speur in rondom de kijkhut in het water. En dan valt mijn mond open van verbazing. Want in de struiken achter de hut zit een otter op een vis te knagen! Het blijken er zelfs twee te zijn die op hun dode gemak rondom de hut aan het jagen zijn. Af en toe steken ze hun kop boven water of zwemmen een stukje. Ik kan wel juichen! Het lukt zelfs een portretje te schieten. Een dik halfuur kan ik genieten van dit geweldige spektakel! Wat een belevenis!

Zeevarkens in Zeeland

Nu ik weer een serie projecten in Zeeland heb lopen moet ik regelmatig die kant uit. Over files hoef ik me momenteel niet druk te maken, iedereen rijd tegenwoordig netjes 100km/h en door de crisis is het enorm rustig.

Dit biedt natuurlijk kansen. Al lange tijd wilde ik graag een bezoekje maken aan studio Bruinvis. Een project van stichting Rugvin. Dit project op het havenhoofd van Zierikzee bied de mogelijkheid om naar passerende bruinvissen te luisteren. Er staat een soort praatpaal op de kade en een sonar ligt iets van de kust in het water.

En zo reed ik afgelopen week vanuit Ovezande ‘even’ om via Zierikzee. Het was mooi weer en rustig water. Via de havenweg liep ik naar de punt van het land. Je hebt daar een gebied genaamd Levensstrijd. Een prachtige wandeling langs een mooi stukje natuurgebied. Het was een gekwetter van jewelste door de vele vogels die in het gebied nog even aansterken voor ze op het nest gaan: grutto’s, tureluur, kievit, wulp, kluut, smienten, een lepelaar en tal van ganzen. Ook vlogen er veel graspiepers rond die zich goed lieten benaderen. Hoe mooi ook, hier kwam ik eigenlijk niet voor.

Bij de kust aangekomen kijk uit over de Oosterschelde. Helaas zie ik tot mijn teleurstelling alleen wat boten. De praatpaal heb ik snel gevonden maar een druk op de knop levert alleen een hoop ruis op met fragmenten van Duitse radio. Blijkbaar pikt de sonar meer op dan alleen dolfijnpraat. Gelukkig zie ik na even turen de kop van een zeehond boven komen. Het beest laat zich even zien maar duikt dan snel onder.

Ik slenter alweer wat terug als ik opeens iets zie. Een zwart puntje. Weer de zeehond? Maar nee, het zijn bruinvissen! Of zoals ze vroeger werden genoemd zeevarkens. Deze kleine dolfijn-achtige zoogdieren zijn vrij algemeen maar ik heb ze nog niet eerder in het wild gezien. De naam bruinvis is overigens compleet misplaatst: het zijn geen vissen en ze zijn grijs tot zwart. Vroeger noemde men echter alles wat in de zee leefde een vis en alle grauwe kleuren werden bruin genoemd.

Gedurende een uur komen de bruinvissen regelmatig even boven waarbij je hun driehoekige rugvin kunt zien. Als kers op de taart springt er eentje zelfs uit het water. Foto’s maken is een uitdaging want je weet nooit waar de bruinvis bovenkomt maar de ervaring is er niet minder om. Met een zak bolussen op de achterbak keer ik tevreden richting huis.