Categoriearchief: Reisperikelen

De Bonte Vlucht

Omdat de grens met België op slot zit, was het dit jaar voor ons niet mogelijk naar de Ardennen af te reizen. Normaal proberen we daar in het voorjaar toch wel een paar dagen naar toe te gaan. Dit jaar kon het helemaal mooi met Bevrijdingsdag als officiële vrije dag. Gelukkig zijn er in Nederland ook prachtige plekken. Tijdens mijn eerste twaalf levensjaren verbleven we iedere zomer in Elspeet waardoor de Veluwe een speciaal plekje in mijn hart heeft gekregen. Daarom huurden we voor een lang weekend een stacaravan op park ‘de bonte vlucht’ in Emst. We werden gewaarschuwd dat er geen uitgebreide voorzieningen op de camping waren: heerlijk!

Ondanks dat de weersvoorspelling onheilspellend was hadden we veel zin in het weekend. Als het nodig is gebruiken we een paraplu en anders regenen we gewoon een beetje nat. Toen we geïnstalleerd waren en Jente aan haar dutje toe was, trokken we meteen het bos in. Een uurtje later hadden we een groep geweidragers voor de lens. Wat een ervaring! Midden op de dag, vier relatief jonge geweidragers die rustig stonden te poseren!

De dagen die volgden hielden we op onze manier vakantie. Oftewel opstaan voor zonsopkomst en naar bed na zonsondergang. Uiteraard voelt het een beetje onwerkelijk als je wekker rond 5:00 uur gaat op je vakantieadres. Op dat moment snap je even niets van jezelf. Maar zodra je buiten de deur staat en begroet wordt door 100 kwetterende en zingende vogels weet je waarom. Je ruikt de geur van nat zand, je ziet de frisgroene larix, beuk en eik in tinten groen die bijna onnatuurlijk ogen. Bovendien heb je ’s ochtends het mooiste licht en is het meeste wild actief. En wat werden we beloond: sprongen damherten, rotte zwijnen, een vos, reeën, edelherten waaronder kaalwild maar ook roedels geweidragers, spechten… eigenlijk van alles wat. Annette fietste zelfs een roedel geweidragers tegen het lijf die bereid waren om pasfoto’s te laten maken!

Overdag fietsten we veel. Jente hobbelde heerlijk mee en genoot enorm. Wij hadden daar wat meer moeite mee. Zelfs met een trui over je zadel geknoopt voel je nog dat het kantoor-zit-vlees niet toereikend is om comfortabel op een hard fietszadel te zitten. Sowieso helpen die zandpaden met boomwortels ook niet erg mee. Na een minuutje door het mulle zand knoersten je velgen op je remblokken van het zand. Maar als je dan tegen de schemer in het bos rijd en de bomen in vuur en vlam staan van de laatste zonnestralen is dat alles waard. Het wild wat hier en daar wegspringt of gewoon rustig blijft staan wroeten. Heerlijk! Het moment dat Jente haar zwijnen-knuffel in het echt zag was geweldig. Ze glunderde van oor tot oor.

Kortom al met al een top vakantie en dat gewoon in eigen land!

Update: Tot nog toe heb ik het mooiste moment van deze vakantie stil gehouden. Het zien van een wolf was in 2020 een unieke situatie. Inmiddels zijn we twee jaar verder en wordt er regelmatig een wolf gezien. De kans dat je hiermee ongewenste toeristen naar de Veluwe trekt is dan ook niet meer aanwezig.

Maar het mooiste moment was toen we de laatste dag van de vakantie, de laatste wandeling maakte. Het was ’s ochtends vroeg en de heide was nog bevroren. Op een plek waar we normaal vaak edelherten zien zagen we niets. Tot er een geweidrager over de heide heen stormde. Hij had zijn tong buitenboord en denderde langs ons heen. In wilde paniek. Op dat moment slaakte iemand een gil. Een wolf door de verrekijker! Bijna niet te zien liep inderdaad aan het eind van het veld een wolf. Een fractie later echter doken er twee wolven vlakbij ons op. In een lukrake poging maakte ik twee foto’s. De wolven sloegen ons gade, draaide direct om en verdwenen achter de heuvel. Het moment wat slechts enkele seconden duurde zal me altijd bij blijven. Wat een ervaring!

In het spoor van de das

Terwijl we in Nederland nog maar net onze auto ’s ochtends hoeven te krabben, ligt er in België nog gewoon sneeuw. Sterker nog, enkele dagen geleden sneeuwde het er nog. Omdat we toch in de ‘buurt’ waren hebben we een nachtje geslapen in Mormont (Érezée). In dit pittoreske plaatsje weten we inmiddels een paar locaties waar dassen wonen. Dassen houden geen winterslaap, maar zijn in de winter wel een stuk minder actief. Desondanks waren er in de verse sneeuw tal van pootafdrukken te vinden. Uiteraard hebben we de nachtcamera opgehangen vlakbij een spoor. En jawel hoor, de volgende dag hadden we een filmpje van zo’n mooie zwart-witte zwerver. Iets minder fortuinlijk ging het zijn familielid(?) af. De volgende dag vonden we hem in een veldje verderop. Blijkbaar was er al een beest aan het slepen geweest met het karkas van de dode das want er ging een bruinrood spoor door de sneeuw.

Herten spotten valt momenteel ook niet mee. Met hun donkere wintervacht vallen de reeën en edelherten weg tegen de zwart witte achtergrond. Daarbij vormen de edelherten nu grote roedels. Je ziet er dus geen één, of een heleboel tegelijk. Wij hadden het geluk een roedel te spotten. Weliswaar geen grote geweidragers (die vormen aparte roedels, los van de hindes) maar toch fantastisch om te zien!

De Franse keuken

Een reis naar een ander land kan niet worden afgesloten zonder de lokale keuken geproefd te hebben. Daarom leek het ons afgelopen zomer op reis naar Spanje goed daar meteen mee te beginnen.

Bij aanmelding in het hotel ‘Logis Auberge le Centre’ vraagt de vrouw van de receptie of wij gebruik willen maken van het restaurant of bistro voor een diner. Ja hoor, eten in het restaurant –echt Frans eten zegt ze nog- lijkt ons een goed idee. Fout!
Om kwart voor 8 gaan we naar het restaurant. Deze blijkt klein: zes tafels. We kiezen een aperitief: Peter gaat voor een klein wijntje en Annette kiest voor ‘Le Summer Cup’. Iets wat van tropisch fruit zou moeten zijn maar erg smaakt naar multifruit van de Lidl. Daarna volgt de menukaart: in het Frans. We gaan dit keer voor veilig: kip, varken en een nagerecht met ‘sorbet’. Ieder gerecht blijkt een klein hapje waarbij nauwelijks determineerbaar is om welke gang het gaat. Een groene smurrie in slangvorm proeft verdacht veel naar brocolli, een zacht ei met spek zal ongetwijfeld die ‘porc’ van de kaart zijn. We zien er de lol wel van in en eerlijk is eerlijk, het smaakt erg goed.

Als we een paar gangen hebben gehad worden we weer voorzien van schoon bestek. Komt er nog iets? Is dit die dikke sorbet waarop we hopen? We wachten… en wachten… Inmiddels zijn al een flink aantal gasten vertrokken. Na drie kwartier wachten en een halve liter wijn (Haute Poitou) is Peter zijn geduld op. Zodra de eigenaresse met een karretje stinkkazen komt aanrijden om wat gasten hun wellicht smakelijk maar afgrijselijk geurende nagerecht te serveren schiet Peter haar aan. Ondanks of dankzij zijn aardig woordje Frans begrijpt ze direct wat hij bedoelt. Inderdaad komt het nagerecht eraan alleen heeft ze vandaag onderbezetting in de keuken. Gelukkig komt nu al snel het nagerecht. Op een bord ligt een sliert die lijkt op een dikke regenworm die enorm zuur citroenachtig smaakt. Er zijn wat stukjes cake omheen gedrapeerd en er ligt een drolletje sorbetijs naast. Een egeldrol wel te verstaan geen hondendrol formaat. Vier rimpels rijker springt Peter op van zijn stoel en vraagt de rekening.

Bontkraagjes in de bergen

Je kunt hier zo ver weg kijken, hier moeten wel marmotten zitten. Peter ziet de eerste. Heel in de verte kunnen we duidelijk een groot knaagdier zijn hol in zien rennen. Dan ziet Annette een dikke vette marmot uitgevloerd op een rots liggen. Zijn pels lijkt wel extra dik zoals hij ligt. Hij zit op loopafstand. Peter tijgert er op af. Al snel blijkt dit bontkraagje niet alleen te zijn. Een hele familie heeft hun intrek gedaan in deze berg.

Het zou racistisch zijn om te benoemen dat de marmot eigenlijk allochtoon is voor Spanje, maar de marmot is geïmporteerd uit de Alpen voor de jacht. Als Peter te dichtbij komt heeft de leider van de groep er genoeg van. Hij gaat hoog op zijn achterste poten staan en gilt moord en brand. In een ogenblik zijn alle pluizenballen verdwenen in de talloze holen. Behalve onze dikke vriend. Die draait zich nog even rustig om. Hij laat zich duidelijk niet gezeggen en blijft macho op de rots liggen. Peter kan hem goed benaderen en probeert hem van achteren te besluipen. Als Peter heel dichtbij komt besluit hij toch maar binnen verder te slapen. Hij schiet de rots af. Peter sprint het laatste stukje en loopt om de rots heen. Onze dikkerd had dit duidelijk niet verwacht. In de deuropening van zijn hol kijkt hij toe waar die asociale bruut gebleven is die zijn middagdutje durft te verstoren. Zonder dat hij weet dat die ondertussen achter hem staat. Op anderhalve meter afstand kijkt Peter naar een dikke harige kont en staart. Maar met een telelens en converter daarop geschroefd begin je in zo’n geval niets. Het enige wat overblijft is geruisloos de converter er tussen uit te halen. De eerste klik echter is voor de marmot als een pistool wat geladen wordt. In een fractie van een seconde draait hij zich om en staart met grote ogen verblind van schrik naar een gigantisch wezen die daar met zijn camera staat te tobben. Het volgende moment is hij verdwenen. Foeterend en tierend wellicht zit hij daar nu nog in zijn hol over hoe dit hem heeft kunnen gebeuren. Het zal hem lang bijblijven.

 alpenmarmot (Marmota marmota)
het bondkraagje

Valle de Hecho
Valle de Hecho

 alpenmarmot (Marmota marmota)
alpenmarmot (Marmota marmota)

Nachtbrakers

Laat je nooit misleiden door het woord ‘nacht’ in de naam van een dier. Deze viervleugelnachtzwaluw (Caprimulgus longipennis) kwamen we midden op de dag tegen in de woestijn.

We hadden ons voorafgaand aan onze reis goed ingelezen met onze Engelstalige reisgids over Niger. Toevallig vonden we bij de bronnen van de gids dat er een Nederlander had meegewerkt aan de sectie over vogels. Hij beheerde ook een database over de vogels die er voorkomen.

Na onze reis besloten we contact op te nemen met deze man. Wat wil het toeval? Hij woonde een paar huizen verder dan Hanna. Onze foto’s zijn nu onderdeel van de database: www.wabdab.org

viervleugelnachtzwaluw (Caprimulgus longipennis)
viervleugelnachtzwaluw (Caprimulgus longipennis)

Alpenanemoon

De Grote St. Bernhardpas verbindt het Zwitserse Val d’Entremont met het Italiaanse Valle d’Aosta. Ga je ooit die kant op, zorg dat je niet in de tunnel geraakt maar neem de slingerweg de berg over! Karel de Grote en Napoleon hebben deze pas te paard overgestoken. Een prachtige rit langs besneeuwde toppen, ijskoude watervalletjes en bergweides vol bloemen. Hier een foto van een alpenanemoon (Pulsatilla alpina). Onze Garmin autonavigatie vond de route overigens niet echt een succes. De hele toch heeft hij lopen kermen in zijn beste Italiaans dat we rechtsaf moesten slaan op Strada Statale del Gran San Bernardo. (een hele lange zin voor een navigatiesysteem)

alpenanemoon (Pulsatilla alpina)
alpenanemoon (Pulsatilla alpina)

Culinaire uitspattingen: reisinspiratie

Tijdens onze reizen schrijven we een logboek waarin we verslag doen van onze avonturen. In een aantal blogposts selecteren we de leukste verhalen en avonturen met bijbehorende foto’s.

De feestdagen zijn een uitstekende gelegenheid om eens wat nieuwe recepten te proberen, geïnspireerd door reizen van het afgelopen jaar. Reizen biedt een gelegenheid om eens in een vreemde en nieuwe ‘keuken’ te kijken. In Polen gingen we eten bij Restauracja Pokusa in Białowieża (dorp). Het menu bestond uit koude roomsoep met gebakken aardappels of salade met eendenborst-filet (voorgerecht), hertengoulash met aardappelcake en haricotverts of eend in cider met rode bietjes en dumplings (hoofdgerecht). Als toetje kozen we een ijssorbet of een toetje met room, chocolade en suikerspin. Met een Oekraïens biertje (Peter) en een flesje cola (Annette) erbij smaakt het verrukkelijk.

In Belarus werden we onverwacht door onze gastheer, Sascha, in de watten gelegd. Hij had zich -in zijn vakantie!- uitgesloofd om ons de Nationale Belarussische gerechten te laten proeven. Bij aankomst had hij alvast avondeten voor ons gemaakt. In de oven staat aardappelschotel en gebraden eendenbouten. Wit-Russische gastvrijheid verklaren ze, we zijn verbaasd. In Nederland zal dit niet snel gebeuren als je een huisje huurt.

Op de dag van vertrek ontvingen we ’s ochtends een berichtje dat ze een verrassing voor ons hadden. Rond half elf een berichtje met het verzoek de oven aan te zetten!? Bij aankomst bleek waarom: we gingen eerst gezamenlijk uitgebreid dineren ’s ochtends om 11 uur. Aardappels en vlees uit de oven met een pittige knoflooksaus. We hadden geen honger op de terugreis.

Misschien wel het meest bekende (Bela)Russische gerecht is: borsjtsj! De eerste dag vorst en sneeuw van dit jaar waren voldoende voor een culinaire uitspatting: home made Zurek en Borsjtsj! Zowaar smaakt het ook nog een beetje zoals in Polen en Belarus. Met dank aan het recept van Sascha en een ruime interpretatie van translate.google.

De beambte in shock

Tijdens onze reizen schrijven we een logboek waarin we verslag doen van onze avonturen. In een aantal blogposts selecteren we de leukste verhalen en avonturen met bijbehorende foto’s.

Op maandag reizen we naar Belarus. We zien vooral op tegen de grenscontrole, de wildste verhalen gaan daarover de ronde. De grenscontrole bestaat uit een aantal formaliteiten. Nadat Polen is verlaten steken we een rivier over en komen op Belarussisch grondgebied. De laatste van de totaal vijf controles aan deze zijde is de bagage en autocontrole. Voor het gemak staan de tafels klaar rondom de post. We hopen niet dat ze ons hermetisch gevulde Skoda helemaal gaan uitladen…

We worden ‘geholpen’ door een vrouwelijke beambte in strak blauw uniform, lang haar en hoedje. Ze gebaart dat ze de auto wil controleren. Annette haalt de bovenste laag van weekendtassen en slaapzakken uit de kofferbak. De beambte inspecteert te tassen en steekt haar hoofd in de kofferbak. Tussen de bagage ontdekt ze een vuilniszak. Ze trekt met een hand de zak open om te kijken wat erin zit en deinst meteen achteruit. Wat hebben die gekke Hollanders nu bij zich?!Een tondelzwam uit het bos? Jakkes!
Annette zegt met een zo onschuldig mogelijke gezicht iets over ‘souvenir’ en ‘forest’. Niet dat dat zin heeft want een andere taal dan Russisch lijkt de beambte niet te spreken. Ze lijkt het goed te vinden want we mogen de auto met paddo en al weer inpakken. Zo, dat was een makkie!

Middeleeuws navigeren

Tijdens onze reizen schrijven we een logboek waarin we verslag doen van onze avonturen. In een aantal blogposts selecteren we de leukste verhalen en avonturen met bijbehorende foto’s.

Joepie! Vandaag komt de enveloppe van bol.com binnen met de autokaart van Wit-Rusland van Canadese makelij. Oeps, in het Engels! De plaatsnamen staan niet in het Cyrillische schrift wat daar op de verkeersborden zal staan. Een navigatie uitdaging! Het lukt Peter de kaart van Wit-Rusland op de outdoor-GPS te zetten. Zo reizen we opeens naar ‘Зубачи’ in plaats van Zubacy.

Zodra de Pools-Belarussische grens gepasseerd is gaat de Skoda navigatie op zwart, evenals de losse Garmin autonavigatie. Belarus valt officieel binnen Europa, maar volgens de navigatiesystemen niet. Bij het eerste tankstation over de grens kopen we een wegenkaartenboek van Belarus.
Helaas blijkt al snel onze nieuwe wegenkaart niet toereikend. De plaatsnamen staan op de verkeersborden in hoofdletters geschreven. Of is het een Belarussisch dialect? Zoals Zevenbergen tijdens carnaval ‘Zeuvenbultenlaand’ wordt genoemd? De plaatsnamen op onze nieuwe kaarten komen alsnog niet helemaal overeen. We volgen de windrichtingen, outdoor-GPS, kaart en een aanzienlijke dosis onderbuikgevoel.
Via ongebruikelijke wegen bereiken we alsnog onze vakantiebestemming.